dinsdag 3 november 2015

De taartenbakwedstrijd

Op Graafeiland is ieder jaar een taartenbakwedstrijd. Alle bewoners mogen meedoen. Vrouwtje Bea bakt niet mee. Zij kan zo goed taarten bakken, dat zij elk jaar zou winnen. En dat is niet helemaal eerlijk. Daarom is zij de jury.

Het is best wel lastig voor de anderen om iets te maken, omdat ze dit niet zo vaak doen. Toch doen ze allemaal hun stinkende best. Want na de wedstrijd gaan ze samen de taarten opeten. En hoe lekkerder die zijn, hoe beter!

Dit jaar is het thema dieren. Dat betekent, dat de taarten of cakes in de vorm van een dier moeten worden gemaakt. Of ze moeten worden versierd met dieren. Of ze zijn gemaakt voor dieren. Lila, bijvoorbeeld, die veel van dieren houdt, maakt een worteltaart voor haar konijnen.
Sjoerd bakt een boterkoek. Die is zo klaar. Hij wil op zijn koek vier paardjes zetten van hout. Maar die moet hij dan wel eerst maken. Daarom begint hij voordat hij de boterkoek in de oven zet eerst met zagen.

Op zijn ontdekkingsreizen over het eiland heeft Rik allerlei botjes gevonden. Hij denkt dat ze van kleine muisjes geweest zijn. Rik denkt: “Dode dieren zijn ook dieren. Ik ga hier mijn cake mee versieren. Dan heb ik een dierencake.”

Claire weet nog niet zo goed welke taart ze dit jaar moet maken. Ze weet wel al welke kleur die moet zijn: roze natuurlijk! Ze kent maar één dier dat roze is: een varkentje. Als ze dat heeft bedacht, weet ze hoe ze moet beginnen. Ze maakt een aardbeientaart in de vorm van een varken.

Met het puntje van hun tong uit de mond zijn ze in hun huisjes allemaal druk bezig. Alleen Meester Pim is nog steeds niet begonnen. Hij blijft maar door al zijn kookboeken bladeren.
“Deze is te moeilijk,” denkt hij bij de ene taart. “Die is weer te makkelijk,” zegt hij bij een andere tegen zichzelf. Met zo’n makkelijke taart wint hij natuurlijk nooit. Hij vergeet helemaal dat de taart vooral lekker moet zijn. Na een tijdje raakt hij in paniek. Hij heeft niet zoveel tijd meer. Hoe moet dat nu?

Vrouwtje Bea gaat ’s middags bij iedereen even langs. Ze is heel nieuwsgierig naar wat haar vrienden aan het maken zijn, maar wil vooral graag helpen. Ze zorgt dat de oven van Sjoerd oven precies warm genoeg is, raadt Claire aan om het beslag nog iets luchtiger te kloppen. En vertelt Rik dat hij de botjes even moet koken, omdat ze dan schoner en witter zijn.

Als laatste komt ze bij Meester Pim. Ze ziet dat hij onderuitgezakt op de bank zit.
“Wat is er met jou aan de hand?” vraagt ze bezorgd.
Meester Pim vertelt dat hij niet weet wat hij moet maken. Vrouwtje Bea kijkt hem verwonderd aan.
“Weet je dan niet meer van vorig jaar? Jouw chocoladecake? Die was het eerste op!”
Dat is waar ook, denkt Meester Pim.
“Ik had niet gewonnen,” zegt hij. Vrouwtje Bea knikt. Dat is waar.

“Maar,” zegt ze. “Ik weet niet meer precies wie er gewonnen had, maar ik weet nog wel welke cake ik het lekkerste vond.” Meester Pim staat glunderend op. Hij wrijft in zijn handen.
“Mijn keuken uit,” zegt hij. “Ik moet gaan bakken.”
Vrouwtje Bea is blij dat ze hem heeft kunnen helpen gaat snel weer weg.

Even later brengen ze allemaal hun taart naar de picknickplaats. Ze zetten de baksels op de bank en kijken vol spanning naar Vrouwtje Bea. Wat zou ze ervan vinden? Vrouwtje Bea is streng. Ze let erop of ze netjes hebben gewerkt, of duidelijk is dat de taart iets met dieren te maken heeft. En als laatste neemt ze van alle taarten een hapje.

“De beste taartenbakker van dit jaar is…” Ze blijft even stil om het spannend te maken. “Meester Pim! De taart ziet er smakelijk en netjes uit. Hij is in de vorm van een hoefijzer en is dus een echte dierentaart. Maar vooral: zijn taart is net zo lekker als vorig jaar.” Meester Pim krijgt een mooie medaille omgehangen.


De anderen zijn het ermee eens. Ze zijn blij dat Vrouwtje Bea heeft gekozen, want nu kunnen ze allemaal lekker gaan proeven!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten